Algemeen
De veroveringen van de Romeinen hadden ook invloed op hun denken. Nadat ze in het verleden reeds veel elementen uit de cultuur van de Etrusken hadden overgenomen (meer info onder de tab "Etrusken") richten ze hun vizier op de Grieken. Ondanks dat de Romeinen een wereldrijk wilden uitbouwen en hierbij verschillende inheemse volkeren onder de voet liepen (denk bijvoorbeeld aan de Galliërs) hielden ze van de Griekse cultuur.
Keizer Nero (37-68) liet zelfs zogenaamde "panhelleense feesten" inrichten. Dat betekende eens om de vier jaar een wedstrijd met wagenrennen, atletiek, muziek en voordrachten. Geheel naar Griekse stijl.
De Romeinen verdiepten zich verder ook in de geschriften van de Grieken. Met name in deze van grote auteurs, filosofen, denkers als Homerus en Pythagoras. In navolging van de Grieken ging men in het Romeinse rijk ook over tot de bouw van bibliotheken. Een concept dat toen in die tijd nieuw was. De bouw ervan werd betaald met de buit van onderworpen volkeren. Het idee voor de bouw van bibliotheken kwam waarschijnlijk van Julius Caesar, die op zijn veldtochten onder de indruk was geraakt van de bibliotheken in Egypte en Griekenland. Anders dan vandaag de dag werden de boeken niet gedrukt op papier (de drukpers was nog niet uitgevonden) maar neergeschreven op papyrusrollen. In de bibliotheek kon je deze bestuderen in de leeszaal, die was aangekleed met beelden van grote schrijvers. Sommige boeken in de bibliotheek waren ook als buit mee teruggenomen. Zo plunderde de Romeinse dictator Sulla in 86 voor Christus Athene en nam hierbij de boeken van de Griekse schrijver/filosoof Aristoteles in beslag en bracht ze naar Rome.
Het moge duidelijk zijn dat de Romeinse en de Griekse wereld na verloop van tijd erg verweven waren. Zoals je ook in het hoofdstuk religie kan lezen had bijna elke Romeinse god een Griekse tegenhanger. De Romeinen leerden uit de Griekse geschriften en namen zelfs aspecten uit de vrije tijd over in hun cultuur.
De veroveringen van de Romeinen hadden ook invloed op hun denken. Nadat ze in het verleden reeds veel elementen uit de cultuur van de Etrusken hadden overgenomen (meer info onder de tab "Etrusken") richten ze hun vizier op de Grieken. Ondanks dat de Romeinen een wereldrijk wilden uitbouwen en hierbij verschillende inheemse volkeren onder de voet liepen (denk bijvoorbeeld aan de Galliërs) hielden ze van de Griekse cultuur.
Keizer Nero (37-68) liet zelfs zogenaamde "panhelleense feesten" inrichten. Dat betekende eens om de vier jaar een wedstrijd met wagenrennen, atletiek, muziek en voordrachten. Geheel naar Griekse stijl.
De Romeinen verdiepten zich verder ook in de geschriften van de Grieken. Met name in deze van grote auteurs, filosofen, denkers als Homerus en Pythagoras. In navolging van de Grieken ging men in het Romeinse rijk ook over tot de bouw van bibliotheken. Een concept dat toen in die tijd nieuw was. De bouw ervan werd betaald met de buit van onderworpen volkeren. Het idee voor de bouw van bibliotheken kwam waarschijnlijk van Julius Caesar, die op zijn veldtochten onder de indruk was geraakt van de bibliotheken in Egypte en Griekenland. Anders dan vandaag de dag werden de boeken niet gedrukt op papier (de drukpers was nog niet uitgevonden) maar neergeschreven op papyrusrollen. In de bibliotheek kon je deze bestuderen in de leeszaal, die was aangekleed met beelden van grote schrijvers. Sommige boeken in de bibliotheek waren ook als buit mee teruggenomen. Zo plunderde de Romeinse dictator Sulla in 86 voor Christus Athene en nam hierbij de boeken van de Griekse schrijver/filosoof Aristoteles in beslag en bracht ze naar Rome.
Het moge duidelijk zijn dat de Romeinse en de Griekse wereld na verloop van tijd erg verweven waren. Zoals je ook in het hoofdstuk religie kan lezen had bijna elke Romeinse god een Griekse tegenhanger. De Romeinen leerden uit de Griekse geschriften en namen zelfs aspecten uit de vrije tijd over in hun cultuur.